Miriam Ocadiz heeft een multidisciplinaire achtergrond gericht op Afrikaanse studies. Haar allereerste studies waren Spaanse literatuur en taal aan het UNAM in Mexico, gevolgd door een bachelor in internationale studies waar ze zich specialiseerde in Afrikaanse cultuur en politiek. Daarna heeft ze een Master afgerond in African Studies gewijd aan medische samenwerking tussen Cuba en Mozambique en de hedendaagse belichaming van solidariteit. Gedurende haar persoonlijke en academische achtergrond heeft ze een passie voor Zuid-Zuid samenwerking ontwikkeld vanuit een dekoloniaal perspectief, samen met migratieprocessen in relatie tot diversiteit. Momenteel is ze werkzaam als PhD bij het Engaged Scholarship and Narratives of Change onderzoeksproject, waar ze zich richt op de context van Zuid-Afrika en de vergelijking met de VS en Nederland.
‘Ik wil mijn eigen promotietraject verbinden met de maatschappij, beleidsvorming en creatieve initiatieven die groeien in Nederland, Zuid-Afrika en wereldwijd. Ik hoop dat ik vanuit een bescheiden positie een bijdrage kan leveren aan de Refugee Academy, met een kritisch perspectief op geëngageerde wetenschap.’
Wat is jouw wetenschappelijke achtergrond en expertise?
Ik heb een multidisciplinaire achtergrondfocus op Afrikaanse studies. Mijn allereerste studies waren Spaanse literatuur en taal aan de UNAM in Mexico, gevolgd door een bachelor in internationale studies waar ik me specialiseerde in Afrikaanse cultuur en politiek. Daarna heb ik een onderzoeksmaster in Afrikaanse Studies gewijd aan de Cubaanse medische samenwerking in Mozambique en de hedendaagse belichaming van solidariteit. Door mijn persoonlijke en academische achtergrond heb ik een passie voor Zuid-Zuidsamenwerking ontwikkeld vanuit een dekoloniaal perspectief, samen met migratieprocessen in relatie tot diversiteit.
Welke rol heb jij binnen de Refugee Academy?
Momenteel ben ik een PhD-kandidaat binnen het door NWO VICI-gefinancieerde project over Engaged Scholarship, waar ik me richt op de context van Zuid-Afrika en de vergelijking met de Verenigde Staten en Nederland. Mijn werk vertaalt zich naar dagelijkse onderzoeksactiviteiten, netwerken en het delen van perspectieven tussen de drie landen met betrekking tot kwesties van maatschappelijke uitsluiting, waarbij de Refugee Academy een voorbeeldig platform voor dialoog is.
Wat vind jij het belangrijkst binnen de Refugee Academy, en waarom?
De tijd en ruimte om te discussiëren, persoonlijke relaties op te bouwen en problemen uit te wisselen, evenals kansen, vormen een belangrijke stap om sociale inclusie van onderaf te bevorderen. De balans tussen een gedurfde en veilige ruimte die de Refugee Academy laat zien, biedt een nogal ongewoon platform om die reflectieve capaciteiten op te bouwen en tegelijkertijd die machtsongelijkheid te verschuiven door verschillende stemmen in staat te stellen bij te dragen aan een meer horizontale dialoog.
Wat is jouw persoonlijke ambitie binnen de Refugee Academy, en hoe zou je dit verbinden aan je werk en persoonlijke leven buiten de Refugee Academy om?
Mijn voornaamste doel bij de Refugee Academy is om kennis te maken met de rol van de academische wereld in de samenleving, vooral in relatie tot de maatschappelijke inclusie van vluchtelingen/migranten. Ik wil mijn eigen promotieproject verbinden met het maatschappelijk middenveld, beleidsvorming en creatieve initiatieven die in Nederland, Zuid-Afrika en wereldwijd toenemen. Ik hoop echt dat ik vanuit een bescheiden positie een bijdrage kan leveren aan de Refugee Academy met een kritisch perspectief op geëngageerde wetenschap.